BW oesters doen het goed 2

Uitgezette oesters tussen windturbines in Blauwwind windpark doen het goed

Een groot deel van de oesters die ruim drie jaar geleden zijn uitgezet aan de voet van windturbines voor de Zeeuwse kust is nog in leven en heeft voor nageslacht gezorgd.

Dat bewijst volgens het programma De Rijke Noordzee, waarvoor Natuur & Milieu en Stichting De Noordzee samenwerken, dat windparken “een veelbelovende rol” kunnen spelen in het versterken van de natuur in de Noordzee.

In oktober 2020 werden 2400 volwassen platte oesters geplaatst rond de fundering van enkele turbines van de windparken Borssele III en IV, eigendom van Blauwwind. Door daar oesters uit te zetten, hoopten de betrokken organisaties dat een oesterrif zou ontstaan waarvan ook andere diersoorten profijt hebben.

Omdat in windparken niet over de zeebodem mag worden gevist met bijvoorbeeld sleepnetten, zijn de parken aantrekkelijk voor schelpdieren en ander zeeleven. Die kunnen zich bovendien makkelijk hechten aan de fundering van de windturbines, meldt De Rijke Noordzee. Vorig jaar werden bij die funderingen het Blauwwind windpark al meer dan 65 diersoorten waargenomen, waaronder de gehoornde slijmvis, kabeljauw en gewone zeester.

Nu is dus duidelijk dat de windparken ook voor oesters als “kraamkamer” kunnen dienen, aldus De Rijke Noordzee. Van de uitgezette volwassen oesters was na drie jaar 70 procent nog in leven en 88 procent bleek klaar om zich voort te planten, laat het natuurversterkingsprogramma maandag weten. Afgelopen zomer werden al larven van de oesters in het zeewater gevonden. Bovendien blijken de oesters geen last te hebben van de veelvoorkomende Bonamia-parasiet, die in het verleden voor veel oestersterfte heeft gezorgd.

Oesterbanken, die een belangrijke rol spelen in het onderwaterleven in zee, kwamen in het verleden veel voor in de Noordzee. Veel van deze schelpdierriffen zijn echter verdwenen door overbevissing, ziektes en vervuiling.

Video en afbeeldingen: De Rijke Noordzee